Skip to main content

Pierre Pincemaille, Algemeen Secretaris van Gestion DNCA Investments.

Als symbool voor het wegebben van de euforie na de verkiezingen is de beurskapitalisatie van Tesla weer tot onder de 1000 miljard dollar gezakt als gevolg van een daling met 40% dit jaar en 50% sinds zijn hoogtepunt op 18 december! Deze daling is toe te schrijven aan de rampzalige verkoopprestaties van de Amerikaanse fabrikant in China (-13% voor de eerste twee maanden van het jaar), tegen de markttrend in, en in Europa (-43%).

Los van deze specifieke situatie valt het Amerikaans exceptionalisme, gekenmerkt door de veerkracht van haar economie, vrij eenvoudig te verklaren door de evolutie van de policy mix aan de overkant van de Atlantische Oceaan. Het begrotingsbeleid is immers grotendeels expansionistisch gebleven op het moment waarop de Federal Reserve haar beleidsrente verlaagde met 100 bp. De enige echte vraag betreft het cyclische of structurele karakter (AI-effect) van de productiviteitswinst.

Terwijl de Amerikaanse groei in 2024 systematisch naar boven werd bijgesteld, is de situatie minder eenduidig begin dit jaar: door een reeks teleurstellende cijfers (detailhandel, consumentenvertrouwen, aanvragen voor werkloosheidsuitkeringen…) dook de economische verrassingsindex in het rood. En zoals belegger Stan Druckenmiller* het stelt, lijkt de boodschap van de ‘beste econoom’ duidelijk: het cyclische segment van de Amerikaanse beurs presteert dit jaar 18% minder goed dan de defensieve waarden.

De bezuinigingsmaatregelen, opgelegd door Elon Musk die aan het hoofd staat van DOGE om de overheidsdiensten af te slanken, versterkt het gevoel van economische onzekerheid alleen maar. De beoogde doelstelling is een vermindering van de discretionaire uitgaven, het toppunt voor iemand die volgens de Washington Post niet minder dan 38 miljard dollar steun, financiering en overheidsopdrachten heeft ontvangen voor Tesla (15,7 miljard) en SpaceX (22,6 miljard)! Los van deze tegenstrijdigheid doen deze initiatieven vragen rijzen over de evolutie van de manier waarop het Amerikaanse economische beleid wordt gevormd: is dit het einde van het tijdperk van budgettaire laksheid op een moment waarop de Amerikaanse centrale bank zich zorgen maakt over de impact van de beslissingen van de nieuwe regering inzake douanetarieven en migratie?

Ook hier valt veel te leren uit het observeren van de marktbewegingen: terwijl de Fed voorzichtig blijft in haar communicatie, waren sommige commentatoren onlangs nog van mening dat de volgende beslissing van het Amerikaanse instituut zou zijn om de beleidsrente te verhogen als reactie op een inflatie die koppig boven het streefdoel blijft (CPI van +2,8% in februari). Maar betekent deze langetermijnrente die grotendeels terug op 4,2% staat voor een looptijd van 10 jaar (-60 bp sinds 14 januari), opnieuw een conundrum (raadsel van de langetermijnrente), zoals getheoretiseerd door Alan Greenspan?

Het antwoord is eerder te vinden in de consensusverwachtingen die, na een reeks slechte economische cijfers, de kortetermijnrente bijna drie keer zien verlaagd worden tegen het einde van het jaar.

En als de Fed een afwachtende houding aanneemt, hebben beleggers nog hoop op een Trump-put. In zijn eerste termijn had Donald Trump oog voor de bokkensprongen van de beurs en paste hij zijn discours vaak dienovereenkomstig aan. Jammer genoeg lijken de eerste maanden van zijn tweede termijn te wijzen op een eerder ideologische dan pragmatische regering. Alleen de tijd zal uitwijzen of dat een pose is, maar de recente uitspraken van de President hadden het effect van een koude douche: “ik kijk niet eens naar de markt, omdat de Verenigde Staten zeer sterk staan door wat er hier gebeurt”, toen hij het in een interview aan Fox News een “overgangsperiode” noemde om “Amerika weer rijk te maken”. Jam tomorrow zoals de Amerikanen zeggen…

De Amerikaanse Minister van Financiën Scott Bessent van zijn kant merkte op dat de Amerikaanse regering niet let op Wall Street, maar wel op Main Street (KMO’s en gewone burgers). De recente daling van de vertrouwensindexen van de huishoudens (Conference Board en de University of Michigan) en KMO’s (NFIB) is misschien wel een veiligheidskoord.

Ondertussen is de omvang van de draaibeweging weg van Amerikaanse aandelen onder institutionele beleggers historisch te noemen (volgens de laatste peiling van Bank of America) en is het sentiment onder individuele beleggers, gemeten aan de hand van de verhouding opwaarts/neerwaarts uit de peiling van de American Association of Individual Investors (AAII), onlangs gedaald tot 0,3. Een niveau dat dicht bij dat van 2009 ligt, de dag na de wereldwijde financiële crisis…

*”the best economist I ever met was the inside of the stock market”

EFI

Author EFI

More posts by EFI