Alexis Bienvenu, Fund Manager, La Financière de l’Echiquier.
Sinds op 9 juni het Franse parlement werd ontbonden, heeft de Franse markt flink wat terrein verloren op de andere Europese beurzen. Van 10 tot en met 13 juni viel de CAC 40 met 3,6% terug, terwijl de Stoxx Europe 600 een achteruitgang van 1,4% liet optekenen. Op de obligatiemarkt liep de spread tussen de Duitse en Franse tienjaarsrente met bijna 50% uit, van circa 50 naar 75 basispunten. Dat komt overeen met het niveau van 2017, toen beleggers zich onder andere zorgen maakten om de Franse presidentsverkiezingen. Als het verschil tussen Duitsland en Frankrijk nog verder zou oplopen, moeten we ter vergelijking al terug naar de eurocrisis van 2011-2012, toen men zich afvroeg of de eurozone niet uit elkaar zou spatten. Griekenland kon zijn schulden niet meer afbetalen en het ‘Front National’, zoals het ‘Rassemblement National’ van Marine Le Pen destijds heette, pleitte voor een vertrek van Frankrijk uit de eurozone.
Zinkt Frankrijk nog veel dieper weg in het financiële moeras? Met zekerheid kunnen we dat gezien de talloze denkbare politieke scenario’s en de wispelturigheid van de financiële markten op korte termijn natuurlijk onmogelijk zeggen.
Het verleden biedt echter wel enige leerzame inzichten, ook al is de context iedere keer anders. Een scenario dat in de buurt komt van een hypothetische meerderheid voor protestpartijen in het Franse parlement, voltrok zich niet zo lang geleden in Italië. Bij de verkiezingen van maart 2018 behaalde daar geen enkele coalitie een absolute meerderheid. De ‘vijfsterrenbeweging’ M5S, een protestpartij die met haar tegelijk sociale en nationalistische eisen tot geen enkel van de klassieke politieke kampen gerekend kon worden, domineerde met 32% van de stemmen. De uiterst rechtse Liga overtuigde 17% van de kiezers. Na wekenlange onderhandelingen vormden beide partijen een regering, met Giuseppe Conte als premier. Voor het economische beleid werd de portefeuille wijd opengetrokken: voor mensen met een laag inkomen werd een ‘burgerinkomen’ ingevoerd en tegelijk werden de belastingen verlaagd. De coalitie hield stand tot in augustus 2019, toen de kopman van de Liga – Matteo Salvini – er de stekker uittrok en daarmee de regering-Conte tot ontslag dwong.
De impact op de markten was onmiskenbaar: in de zes maanden nadat de coalitie het daglicht zag, bleef de Italiaanse index tot 10% achter bij de Stoxx Europe 600. De spread tussen de Italiaanse en de Duitse tienjaarsrente verbreedde met ongeveer 200 basispunten en liep op tot zijn hoogste niveau sinds 2013.
Nog leerrijker is wat er nadien gebeurde. Gerekend vanaf december 2018 beenden Italiaanse aandelen in een jaar tijd de Europese indices bij. Ze dichtten de kloof… net voordat er begin 2020 een nieuwe crisis aanbrak vanwege de coronalockdowns. Italiaanse staatsobligaties zaten langer in het verdomhoekje. Zolang de coalitie tussen M5S en de Liga bestond, bleef de spread tussen Italië en Duitsland op een hoog niveau hangen, wat de toch al aanzienlijke kostprijs van de Italiaanse staatsschuld verder opdreef. Zodra de Liga uit de coalitie was gestapt, keerde de spread terug naar zijn normale niveau.
Die periode in de Italiaanse geschiedenis is niet per se een voorbode van wat Frankrijk te wachten staat, maar er vallen wel lessen uit te trekken. De oorzaak van de problemen op de markten is namelijk dezelfde: de vrees voor een ongebreidelde toename van de staatsschuld. Het lijkt dan ook niet ondenkbaar dat Franse aandelen, zeker die van bedrijven waarvan de inkomsten het gevoeligst zijn voor ingrepen van de overheid, nog enige tijd onder druk zullen staan als in het parlement protestpartijen de dienst uitmaken. Blijkt echter dat de impact op de economische bedrijvigheid beperkt blijft, dan kan de aandelenmarkt zich beetje bij beetje herstellen. Voor de Franse staatsschuld en het vermogen van de Franse overheid om nieuwe schulden aan te gaan, zouden de gevolgen daarentegen langduriger en pijnlijker kunnen zijn. Dat geldt in ieder geval zolang de dominante politieke krachten de neiging hebben om gedeeltelijk gefinancierde uitgaven te doen.
De markt kan er perfect mee leven dat de politiek zich niet laat leiden door de beurzen, zoals Charles de Gaulle ooit zei. De ontwikkelingen in Italië tonen echter aan dat om het even welk land dat een zware schuldenlast torst, afhankelijk blijft van de markt en dat die afhankelijkheid steeds groter wordt. Wie die realiteit negeert, vergroot op termijn alleen zijn afhankelijkheid.