Pierre Pincemaille, Algemeen Secretaris van Gestion DNCA Investments.
Na de Amerikaanse presidentsverkiezingen ging een van de vele vragen van beleggers over de opvolging van de doorgewinterde Janet Yellen als minister van Financiën. Een bijzonder strategische functie, want deze verantwoordelijke is immers de belangrijkste adviseur van de president voor economische en budgettaire kwesties. Donald Trump beantwoordde die vraag door Scott Bessent aan te werven.
Deze beslissing was ongetwijfeld niet naar de zin van disruptor Elon Musk. Voorafgaand aan de aankondiging verklaarde hij: “de benoeming van Scott Bessent zou een teleurstelling zijn, want dat zou neerkomen op een status quo”. Maar de markten lijken de status quo net te waarderen, te oordelen naar de reactie op het rendement van de staatslening op 10 jaar. Deze barometer van het vertrouwen van de schuldeisers in het begrotingsbeleid van de regering daalde met 13 bp op de dag van de aankondiging.
Dit valt te verklaren door het profiel van de voormalige beheerder van het hedge fund Key Square Capital. Die wordt beschouwd als een pragmatische speler, wat bevorderlijk is voor een daling van het tekort en een geleidelijke invoering van de douanetarieven. Hij vatte de hoofdlijnen van zijn economische agenda trouwens samen met de formule “3/3/3”, namelijk: de binnenlandse olieproductie verhogen met 3 miljoen vaten per dag, het begrotingstekort verminderen tot 3% van het bbp en een jaarlijkse groei van 3% bereiken voor het bbp. Niets minder dan dat!
Donald Trump werd mede verkozen dankzij de onvrede van de Amerikanen over het inflatieniveau. Het olieaanbod verhogen om de prijs aan de pomp te doen dalen is dus een rationele strategie om de kiezers tevreden te stellen. Maar de nationale productie heeft onder Biden al een recordhoogte van 13,4 miljoen vaten per dag bereikt en hoewel sommige dereguleringsinitiatieven tot doel hebben het aanbod te stimuleren, blijft dit voornamelijk ingegeven door geologische beperkingen, de kosten van fracking en de WTI-prijs (volgens Goldman Sachs is 80% van de Amerikaanse putten rendabel tussen $30 en $70 per vat). We kunnen ons dus vragen stellen bij het vermogen van de nieuwe president om de Amerikaanse olieproductie met 20% te verhogen. In afwachting van de eerste dereguleringsmaatregelen van de sector besliste Chevron in december om zijn uitgavenplan (capex) te verminderen …
Wanneer we het over het begrotingstekort hebben, kunnen we nog beter naar de grote massa’s kijken: de uitgaven voor boekjaar 2024 bedragen 6,8 triljoen dollar waarvan ongeveer 60% bestaat uit verplichte uitgaven, voornamelijk sociale uitgaven (gecorreleerd met de vergrijzing van de bevolking). Daar komt nog bijna 900 miljard dollar aan schuldenlast bij, ook in stijgende lijn door de nieuwe uitgiftes en het renteniveau. Tot slot zijn er nog de discretionaire uitgaven, waarvan bijna de helft verband houdt met defensie. Als we daar de beloofde belastingverlaging aan toevoegen (1 à 2 bbp-punten per jaar), lijkt het evident dat de omschakeling naar het cijfer van 3% een moeilijke, om niet te zeggen onmogelijke opdracht zal zijn (zelfs met de hulp van Great Elon Musk aan het hoofd van DOGE), tenzij gesleuteld wordt aan de noemer, d.w.z. de bbp-groei.
Economische handboeken definiëren de potentiële groei van het bbp als de evolutie van de beroepsbevolking gekoppeld aan de productiviteit. Volgens deze definitie heeft het CBO* het groeipotentieel van het bbp geraamd op 1,9% voor de periode 2008/2023 (0,6% bevolking en 1,3% productiviteit). Volgens UBS zal het tot 2028 duren vooraleer generatieve AI een positieve impact heeft op dit laatste. Wat de actieve bevolking betreft, is de groei sinds de jaren 90 vertraagd (tot onder de 1% sinds 2010) en gaat het migratiebeleid van de nieuwe bewoner van het Witte Huis niet echt in de richting van een herstel. Streven naar een potentieel van 3% legt de lat dus heel hoog!
Voorafgaand aan zijn benoeming steunde Scott Bessent in een interview met de Financial Times een afgezwakte variant van het door Trump gewenste tariefbeleid. Volgens hem is dreigen met douanerechten een onderhandelingstactiek om de handel opnieuw in evenwicht te brengen (“It’s escalate to de-escalate”). Het valt af te wachten of Donald Trump voor deze strategie heeft gekozen, door aan te kondigen dat hij bijkomende rechten van 10% wil opleggen aan China en van 25% aan Mexico en Canada, alvorens op zijn beurt de Europese Unie te bedreigen.
Het antwoord liet niet op zich wachten, maar kwam uit onverwachte hoek: Via de media drong mevrouw Lagarde er bij de Europese leiders op aan meer Amerikaanse goederen te kopen om de handelsbalans opnieuw in evenwicht te brengen (overschot van 173 miljard dollar over de eerste 9 maanden van 2024) en op die manier zulke douanesancties te vermijden. Dat betekent iets te hard van stapel lopen en vergeten dat de Verenigde Staten voor 32 strategische producten afhankelijk zijn van Europa, met name voor de chemie en farmacie (**). Geen wonder dat beleggers een handelsoorlog beschouwen als het grootste risico van 2025 (volgens de laatste peiling van BofA).
Tussen het effect van aankondigingen en realpolitik zullen de beheerders hun software moeten aanpassen om de geopolitieke uitdagingen te ontcijferen en niet in de val te lopen van de ‘headlines roulette’ op sociale netwerken. Om een van hun favoriete uitdrukkingen in deze periode te herhalen: het wordt een lang jaar …
*Congressionnel Budget Office, een Amerikaans federaal agentschap dat in 1974 werd opgericht met als opdracht het Congres niet-partijgebonden analyses van federale economische en budgettaire beslissingen te bezorgen.
** Volgens het Centrum voor Prospectieve Studies en Internationale Informatie