Skip to main content

Private schuld in infrastructuur zal een van de aantrekkelijkste activaklassen van dit moment worden. Nu de langetermijnrente zich na een periode van daling op een hoog plateau bevindt, zijn de rendementen die deze activaklasse biedt aantrekkelijk voor beleggers die op zoek zijn naar vooruitzichten op de lange termijn, en bieden ze een aantrekkelijke manier om bij te dragen aan duurzame ontwikkeling en het tegengaan van klimaatverandering.

Volgens de OESO is de behoefte aan investeringen in infrastructuur kolossaal en wordt deze geschat op ongeveer €6.000 miljard om tussen nu en 2030 aan de behoeften van de mensen te voldoen. Fondsen in private schuld zullen een sleutelrol spelen bij het inzetten van het benodigde kapitaal.

Infrastructuur levert immers essentiële diensten aan de bevolking, zoals telecommunicatie, hernieuwbare energie, sociale diensten (scholen, universiteiten, ziekenhuizen, enz.) en waterdistributie en -behandeling. Technologie is ook aanwezig, met datacenters bijvoorbeeld. Deze behoeften en eisen zullen blijven bestaan, ongeacht het economische klimaat (omdat er structureel altijd behoefte zal zijn om ziekenhuizen, scholen, enz. te bouwen).

Een veerkrachtige, solide belegging

Keuzes op het gebied van infrastructuur blijven essentieel als we onze doelstellingen op het gebied van duurzame ontwikkeling willen halen en klimaatverandering willen tegengaan. Voor beleggers genereren deze activa stabiele, voorspelbare, terugkerende kasstromen. Ze kunnen veerkrachtig zijn tegen economische schokken en zijn niet gecorreleerd met aandelenmarkten, met minder volatiele prestaties. Het is logisch dat de exploitatiecontracten voor deze infrastructuren vaak voor zeer lange perioden gelden en gedurende meerdere decennia voor inkomsten kunnen zorgen.

De sector biedt een vorm van bescherming op lange termijn tegen deze sterke schommelingen, omdat exploitatiecontracten voor infrastructuur vaak geïndexeerd zijn.

De illiquiditeit van infrastructuurfondsen is een heikel punt. Dit aspect genereert sowieso een bonus, een ‘illiquiditeitspremie’ die specifiek is voor deze activaklasse en die een extra rendement van ongeveer 1% biedt in vergelijking met een conventionele investment grade obligatie (minimaal BBB), legt Bérénice Arbona uit, hoofd Infrastructure Debt bij LBP AM. Een ander interessant perspectief is dat de meest recente statistieken laten zien dat de wanbetalingspercentages voor spelers in de infrastructuursector lager zijn dan in andere segmenten. “De schulden zijn gedekt en bieden onderpand. De zogenaamde recovery (het deel van de investering dat wordt gerecupereerd in geval van financiële problemen) ligt gemiddeld rond de 80%. De kwaliteit van de obligaties in onze portefeuilles ligt rond het BBB-ratingniveau, zonder voorlopig onder BB- te komen.  Kortom, infrastructuurfondsen kunnen exposure bieden aan effecten van goede kredietkwaliteit met zichtbaarheid en veerkracht op de lange termijn,” voegt de beheerder, die 20 jaar ervaring heeft op dit gebied, toe.

Deze fondsen zijn vooral gericht op institutionele beleggers die hun positie kunnen aanhouden tot de effecten vervallen (de laatste schuld is afgelost). De beleggingsperiode van een fonds kan drie jaar bedragen. In tegenstelling tot private equity zijn de looptijden langer, tot wel 30 jaar. Tijdens deze periode ontvangt de belegger voornamelijk rente, maar na verloop van tijd ook afschrijvingen die verband houden met de gedane investeringen.

Streefrendement van 5 tot 5,5% bruto

Tot op heden heeft LBP AM, een belangrijke speler en leider op het gebied van duurzame investeringen, acht infrastructuurfondsen ontwikkeld, goed voor meer dan €3,2 miljard aan investeringen, waaronder een impactfonds rond het thema energietransitie, in lijn met sociale en milieu-uitdagingen die volgens SFDR* als artikel 9 zijn geclassificeerd. Dit fonds staat open voor inschrijvingen tot april 2025 en mikt op een rendement van 5 tot 5,5% bruto, met een gemiddelde rating voor de obligaties in de portefeuille van ongeveer BBB-. Er zal tussen 500 en 700 miljoen euro worden besteed aan financieringsoperaties, met drie doelthema’s: het koolstofvrij maken van de energiemix, duurzame mobiliteit en efficiëntie in energieverbruik en -opslag.

Een van de uitdagingen voor vermogensbeheerders is het onderhouden van een sterke en gediversifieerde pijplijn van transacties. En op dit niveau biedt de nieuwe “industriële revolutie” die de energietransitie vertegenwoordigt een groot aantal kansen, met name op het gebied van decarbonisatie, elektrificatie en infrastructuren voor energie-efficiëntie. LBP AM heeft bijvoorbeeld geïnvesteerd in afvalinfrastructuur, energieproductie uit biomassa, onshore en offshore windturbines, fotovoltaïsche zonne-installaties, elektrische laadstations en de circulaire economie. Deze investering in deze infrastructuurcategorieën draagt bij aan de doelstelling om de CO2-uitstoot te verminderen, zoals vastgelegd in de Overeenkomst van Parijs.

In totaal beheert LBP AM €72 miljard**.

* Verordening (EU) 2019/2088, bekend als Sustainable Finance Disclosure – SFDR, legt transparantieverplichtingen op aan duurzame beleggingsfondsen. Artikel 9 heeft betrekking op fondsen met een duurzame beleggingsdoelstelling.

** Eind september 2024

Daniel Pechon

Author Daniel Pechon

More posts by Daniel Pechon